Hoe krijg ik het gezag over mijn kind?

Voor de meeste ouders is het belangrijk dat zij de rechten en verplichtingen hebben om hun kind te verzorgen en op te voeden. Zij hebben daarvoor het ouderlijk gezag nodig.

Maar hoe krijg je nu als ouder ook het ouderlijk gezag over je kind? En hoe zit dat met die wetswijziging, die van toepassing is op kinderen die na 1 januari 2023 zijn erkend? Ik leg het je hieronder uit.

Ouderlijk gezag

Wat het ouderlijk gezag precies inhoudt en wat het verschil is tussen erkenning, ouderlijk gezag en voogdij, heb ik in een ander kennisartikel uitgelegd. Lees dat artikel dus gerust nog een keer door.

De geboortemoeder

De moeder uit wie het kind geboren is, krijgt automatisch het ouderlijk gezag over het kind.

Hierop bestaat wel een uitzondering, namelijk als de moeder zelf minderjarig is op het moment dat het kind geboren is. De moeder is dan onbevoegd om het ouderlijk gezag uit te oefenen.

Een moeder die 16 jaar of ouder is op het moment van de geboorte van het kind, kan wel bij de rechtbank vragen om meerderjarig verklaard te worden. Als dat verzoek wordt toegewezen, krijgt de moeder alsnog automatisch het ouderlijk gezag, behalve als iemand anders al met het ouderlijk gezag of voogdij over het kind is belast.

Getrouwde ouders of ouders die een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan

Voor ouders die met elkaar in het huwelijksbootje zijn gestapt of die met elkaar een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan, is het simpel. Deze ouders hebben van rechtswege (automatisch) samen het ouderlijk gezag over hun kind. Het is dus niet nodig om het gezamenlijk ouderlijk gezag apart te regelen.

Als de ouders deze formele relatie al zijn aangegaan voor de geboorte van het kind, dan hebben zij vanaf de geboortedag van het kind samen het ouderlijk gezag. Zijn de ouders pas later getrouwd of zijn zij later een geregistreerd partnerschap aangegaan, dan krijgen zij samen het ouderlijk gezag vanaf de huwelijksvoltrekking of het aangaan van het geregistreerd partnerschap.

Ouders die niet zijn getrouwd of niet een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan

Steeds meer kinderen worden geboren buiten een huwelijk of geregistreerd partnerschap. Inmiddels gaat het om ongeveer de helft van alle kinderen die worden geboren - zo'n 75.000 per jaar. Van deze kinderen wordt 90% erkend door de andere ouder. Voor een kwart van deze groep geldt dat niet ook tegelijkertijd het ouderlijk gezag wordt aangevraagd.

Belangrijk is om te onthouden dat als je een kind erkent, je niet automatisch het ouderlijk gezag over dit kind krijgt.

Er doen zich hierdoor regelmatig problemen voor. Als de relatie tussen de ouders overgaat, wordt bijvoorbeeld de ouder zonder gezag buiten spel gezet bij belangrijke beslissingen over school en woonplaats. 

Hoe krijg je als juridisch ouder het gezag over je kind als je dat nog niet hebt?

Er zijn voor een juridisch ouder twee mogelijkheden voor het verkrijgen van ouderlijk gezag:

Gezamenlijk met een formulier

Allereerst kunnen de ouders dit samen regelen door middel van een formulier dat moet worden ingeleverd bij de rechtbank. Hiervoor is geen advocaat nodig.

Het formulier kan digitaal worden ingediend via de website van de Rechtspraak. Dit gaat vrij gemakkelijk, zolang beide ouders maar hun DigiD bij de hand hebben. Het is ook mogelijk om de aanvraag schriftelijk in te dienen bij de rechtbank. Dit werkt vaak wat omslachtiger, omdat de ouders hiervoor onder meer een originele kopie of uittreksel van de geboorteakte van het kind moeten meesturen.

Voorwaarden

Als de ouders vragen om gezamenlijk het ouderlijk gezag te krijgen door hiervoor een formulier in te dienen bij de griffier van de rechtbank, zal dit verzoek alleen in hele specifieke gevallen worden geweigerd. Deze situaties zijn opgenomen in de wet. Het gaat dan bijvoorbeeld om de situatie dat een van de ouders onbevoegd is tot het gezag. Dit het geval zijn als de geboortemoeder op het moment van de geboorte minderjarig is (zie hierboven).

Alleen als de griffier constateert dat sprake is van een van de wet genoemde (uitzonderlijke) situaties, wordt het verzoek afgewezen. De griffier toetst het verzoek verder niet inhoudelijk. Zo mag de griffier niet toetsen of het gezamenlijk gezag in het belang van het kind is of dat de ouders voldoende goed met elkaar overweg kunnen om samen het gezag uit te oefenen.

Een verzoek bij de rechtbank

Als de ouders het er niet over eens zijn dat ze beiden het gezag zouden moeten hebben, kan de ouder zonder gezag een verzoek indienen bij de rechtbank. Deze ouder vraagt de rechtbank dan om ook het gezag te krijgen. Voor het indienen van zo’n verzoek is een advocaat nodig.

Voorwaarden

Als het nodig is om een verzoek tot gezamenlijk gezag in te dienen bij de rechtbank, zal dat alleen in uitzonderlijke gevallen worden afgewezen. Het uitgangspunt van zowel de wetgever als in de rechtspraak is namelijk “gezamenlijk gezag, tenzij…”. De reden hiervoor is dat het in het algemeen in het belang van de ontwikkeling van het kind is als beide ouders de zorg- en opvoedingstaken kunnen dragen.

De wet zegt dat het verzoek van de juridische ouder zonder gezag om ook met het gezag belast te worden, alleen kan worden afgewezen als:

  • er een onaanvaardbaar risico is dat het kind klem of verloren zou raken tussen de ouders en niet te verwachten is dat hierin binnen afzienbare tijd voldoende verbetering komt (het klem-en-verloren-criterium), of;
  • het op een andere manier in het belang van het kind noodzakelijk is, om het verzoek af te wijzen.

Uit de jurisprudentie blijkt dat niet snel wordt aangenomen dat van deze situaties sprake is. Als er bijvoorbeeld alleen sprake is van slechte communicatie tussen de ouders, dan is dat in de regel onvoldoende om aan te nemen dat aan het klem-en-verloren-criterium is voldaan. Er moet meer dan dat aan de hand zijn.

Bovendien is het niet zo dat de rechter het verzoek om gezamenlijk gezag moet afwijzen als aan een van deze criteria is voldaan. De rechter heeft zelfs in zo’n geval de ruimte om het gezamenlijk gezag in stand te laten.

Daarom wordt in de meeste gevallen, soms na een lange juridische strijd, het gezamenlijk gezag toegewezen.

Wet erkenning en gezag

Hierboven beschreef ik al dat er problemen er kunnen ontstaan als niet beide juridische ouders ook het ouderlijk gezag over hun kind hebben.

Sinds 1 januari 2023 is de wet op dit punt gewijzigd, waarmee het risico op problemen is verkleind. Als gevolg van deze wetswijziging ontstaat door erkenning in beginsel ook van rechtswege (dus: automatisch) het gezamenlijk ouderlijk gezag. Als het kind al voor de geboorte wordt erkend, gaat het gezamenlijk ouderlijk gezag in vanaf de geboortedag. Vindt de erkenning na de geboorte plaats, dan hebben de moeder en de erkenner vanaf de dag van de erkenning ook het gezamenlijk ouderlijk gezag.

Op deze hoofdregel bestaan wel een paar uitzonderingen. Zo ontstaat niet het automatisch gezamenlijk ouderlijk gezag als de erkenning met vervangende toestemming van de rechtbank tot stand is gekomen.

Het is overigens wel mogelijk dat de ouders gezamenlijk bij de gemeente aangeven dat zij afzien van het gezamenlijk gezag. Maar dit is dus de uitzondering. Voor 1 januari 2023 gold dat erkenning niet automatisch het gezamenlijk gezag meebracht. Met de wetswijziging is dit omgedraaid. Het is daarmee “Ja, tenzij….”

Het volgende is wel belangrijk: deze wetswijziging geldt alleen voor kinderen die na de invoering van deze wet zijn erkend.